

Pierre is een gepensioneerde die het blijkbaar leuk vindt zijn gasten persoonlijk van ontbijt te voorzien. Met zijn koeltasje vol vers fruit, een omeletje dat versbereid wordt met een plak ham dat door zijn vrouw persoonlijk is bereid en geroosterde broodjes. De bordjes worden opgemaakt met sla en tomaat. Potje thee erbij, jus d’orange en we kunnen de dag goed beginnen. Pierre is van origine een nazaat van geëmigreerde Duitsers. Hij is nu eigenaar van het parkeerterrein en twee aanpalende gebouwen. Links een souvenirwinkeltje en rechts een koffietentje. ’s Morgens loopt er een jongetje van 18+ op het parkeerterrein om de tickets te verkopen, samen met Pierre en ’s avonds is er de dame van gisteren. ’s Morgens zijn de tarieven CAD 10, ’s middags CAD 15 en ’s avonds tijdens het festival zelfs tot CAD 25, marktwerking heet dat. Zo is Pierre de hele dag bezig. Pierre spreekt goed Engels, wat geen gemeengoed is hier in deze Franstalige regio en Jos probeert zoveel mogelijk Frans met hem te spreken. Pierre lijkt het te waarderen en daardoor ontstaat er een grappige nieuwe taal tussen de twee heren: anglo-french. Als wij gaan eten trekt Pierre zich bescheiden terug en verlaat het appartement.








Omdat dat een militaire kazerne is, kun je er alleen binnen onder begeleiding. Jos heeft in zijn leven al verschillende kazerneterreinen mogen bezichtigen, dus die is daar niet zo’n fan van. We horen wel dat als we even wachten we de wisseling van de wacht kunnen zien. Jongens met berenmutsen op staan twee uur lang op wacht voor de kazerne. De aflossing heeft een hoog toeristengehalte.


Er wordt een extra rondje gelopen, dat geen enkele functie heeft, maar voor de fotografen en filmers extra tijd oplevert voor de gewenste plaatjes en beelden. Buiten de muren ligt het parlementsgebouw van Quebec, dat nu gerenoveerd wordt. Hoge schuttingen zorgen ervoor dat je niet al te veel van het werk kan zien. Hier en daar is er een kijkgaatje opdat de echte liefhebber toch de vorderingen enigszins kan volgen. Onderweg lunchen we even op een terras, salade en een biertje. Als we verder lopen komen we bij een kerk die tegenwoordig dienstdoet als verkooppunt van tweedehands boeken, lp’s, films, video en andere memorabilia uit de vorige eeuw. Ook hier worden lege godshuizen dus hergebruikt. Terug lopen we via de Boulevard René Lévesque, die ons terug de stad terug invoert.



Ook deze straat wordt gedomineerd door kleine middenstand en kroegen met microbrouwerijtjes, allemaal net iets moderner dan eerder gezien, het lijkt ons een straat in opkomst. Weer binnen de stadsmuren is het onmiddellijk drukker en hier wordt het straatbeeld gedomineerd door toeristenshops en toeristenhoreca.



En ook in deze stad is er het gebruikelijke entertainment door muzikanten en straatartiesten. Quebec maakt op ons een vriendelijke en toegankelijke indruk. Tijd om terug te keren en de pont te nemen naar Levís, waar we vriendelijk begroet worden door de parkeerwachtster. We besluiten vandaag echt letterlijk om de hoek te eten, een tentje waar ze Poutine maken, een echte Quebec specialiteit, een soort friet met vlees, stukjes kaas en jus, klinkt misschien raar maar het smaakt een beetje als een frietje stoofvlees. Jos heeft wat spare-ribs, waarbij het vlees van het bot afvalt. Ligt een beetje buiten ons dieet, maar is wel heerlijk.


Het festival duurt nog even en we wandelen nog even over het festivalterrein, zelfde acts als gisteren, dus we blijven niet al te lang. In het appartementje kijken we nog even het Canadeese nieuws om te horen dat er nu reeds meer dan 880 misdrijven met wapens zijn gepleegd in Toronto dit jaar; er is twee dagen geleden weer een dodelijk schietincident geweest. De wapenlobbyisten argumenteren dat het niet aan de legale wapenbezitters ligt, maar juist aan de illegale, dus de wet hoeft wat hun betreft niet veranderd te worden. Wij zijn blij dat we in Nederland van dit soort discussies gevrijwaard blijven. Over drie dagen gaan we naar Toronto, dus een beetje geïmponeerd zijn we wel. Ernstige gedachten voor het slapengaan.
Reageer hier