zondag 23 september 2018

Dag 25: 4 augustus 2018. Hyannis (MA) – Provincetown (MA) – Hyannis (MA)

We rijden vandaag naar Provincetown, het noordelijkste puntje van Cape Cod en een van de meest toeristische plaatsjes van dit schiereiland. De routeplanner laat ons binnendoor rijden en dat is alleraardigst. Onderweg komen we een van de oudste bomen van dit schiereiland tegen, een meer dan 100 jaar oude treurwilg met een bijzondere vorm.

Als we verder rijden komen we bij een plattelands fancy fair uit waar lokale en minder lokale Amerikanen hun kunst of andere snuisterijen aan de man proberen te brengen. Leuk om er even te kijken.
Cachen brengt je op de meest bijzondere plekken, zoals eerder al bij de treurwilg, maar we komen ook bij een uitkijktoren die een fraai panorama heeft over het omringende stukje land met een meertje achter de duinen vanwaar je de kustlijn kunt zien. We rijden door naar Provincetown, door velen in de regio ook "P-Town" genoemd. Provincetown heeft ongeveer 3500 inwoners in de winter, maar in de zomer wordt het overspoeld met toeristen uit heel Amerika. Het is vooral bekend om zijn uitgestrekte witte stranden, zijn oude centrum, en de vele kunstenaars die er wonen. De eerste schrijvers, schilders en beeldhouwers vestigden zich in het begin van de vorige eeuw in dit stadje en het begon meteen toeristen aan te trekken uit Boston en New York. Tegenwoordig is er nog steeds een uitgebreide kunstenaarsgemeenschap in Provincetown en zijn er overal galerieën. Provincetown is erg rustig en vredig in de koude winters, maar zoals al eerder vermeld, verandert in de zomer in een drukke toeristenplaats waar voetgangers en fietsers voorrang hebben in de smalle straatjes. Wij parkeren de auto net buiten het centrum en wandelen naar het strand. Als we daar aankomen begint het een beetje te spetteren. Voor ons een goed moment om even een lunchplek te zoeken.

Vanaf het strand hebben we gezien dat er een eethuis is dat met de achterkant tegen het strand aanligt en volgens ons dus ook een fraai uitzicht moet hebben over het strand en de haven waarvandaan schepen naar Boston vertrekken. Het blijkt de Lobster Pot te zijn, een bekend restaurant waar mensen letterlijk voor in de rij staan.

Je kunt er niet reserveren, je kunt je alleen op de wachtlijst laten zetten. Wachttijden van drie kwartier wordt door bezoekers moeiteloos geaccepterd, ook als wij er zijn. Als j staat te wachten, heb je uitzicht op de aquaria met kreeften en de man die ze eruit haalt. Wij zijn maar met twee personen en dus hebben we geluk, binnen een kwartier worden we naar onze tafel geëscorteerd door een vriendelijke dame. We zitten op de eerste verdieping vlak bij het raam, waar we een mooi uitzicht zouden kunnen hebben over strand en haven, als er niet steeds gasten op het balkon gaan staan roken onder de luifel. Verder zien we dat het steeds meer gaat regenen, maar als je binnen zit is dat niet een echt probleem. De sfeer is goed, de ober relaxt en de gerechten heerlijk; maaltijdsalades met kreeft met drie verschillende sausjes. Lekker biertje erbij en wij zijn helemaal content. Tafeltjes zijn nooit lang leeg en de meesten nemen wel iets met kreeft. Onze porties zijn wat groot en dus hebben we een to-go-box nodig als we vertrekken.
Vertrekken klinkt heel resoluut, want we staan eigenlijk bij de ingang te kijken naar de hordes mensen die proberen de regen te ontwijken. We steken de straat over om in een kroeg even te schuilen, maar het weer wordt niet beter. Sommige bezoekers moeten eerst het water uit hun kleren wringen en hun laarzen leeggieten. We rennen nog even naar een toeristenwinkel waar ze plastic regenjassen verkopen, maar daar blijkt dat de prijs van dit artikel plots sky-high is gegaan. Alleen Aziaten zijn nog bereid de woekerprijzen te betalen. Dan maar door de regen naar de auto teruggelopen, een wandeling door de rest van het stadje zit er voor vandaag niet meer in hebben we begrepen uit de gesprekken rondom ons. Het zal de rest van de dag blijven regenen. We komen redelijk nat bij de auto aan, waar we gelukkig ook een handdoekje hebben liggen. De weg terug is nat en ook bij terugkomst bij de AirB&B blijkt dat het dak van de veranda niet helemaal waterdicht is en de auto’s die langsrijden produceren flinke waterfonteinen als ze door de plassen rijden. Pas ’s avonds wordt het weer wat droger zodat we te voet naar het centrum van het dorp kunnen. Bij het eerste restaurant dat we uitzoeken is het lawaai van de aanwezigen zo luid dat we onmiddellijk besluiten een ander plekkie voor ons diner te gaan zoeken. Uiteindelijk vinden we een plek in een pub-achtig restaurant. De koolsla die ze hier serveren is wel erg apart, hij bestaat uit tamelijk rauwe boerenkool met een dressinkje. Wij laten, zoals het in kookprogramma’s heet, de boerenkool onaangeroerd “in zijn waarde” achter op het bord.